
Je zit in je laatste jaar van het mbo, of misschien ben je net klaar. Iedereen om je heen lijkt z’n toekomst al uitgestippeld te hebben. De één gaat doorleren, de ander heeft al een baan, weer een ander begint voor zichzelf. En jij? Jij weet het gewoon even niet.
Misschien vind je veel dingen interessant. Of juist helemaal niks. Misschien twijfel je aan je opleiding, of heb je geen idee waar je goed in bent. Wat je ook denkt: je bent niet de enige. En beter nog – het is helemaal oké.
Keuzestress is geen teken dat je faalt
Twijfelen hoort bij het leven. Zeker als je nog jong bent. De wereld ligt zogenaamd aan je voeten, maar dat maakt kiezen juist lastig. Want wat nou als je de verkeerde keuze maakt? Wat als je spijt krijgt?
Spoiler: de meeste mensen weten het niet precies. Ook niet als ze 25 zijn. Of 35. Wat je nu kiest, hoeft niet je eindstation te zijn. Je mag van koers veranderen, iets proberen en ontdekken dat het niks is. Je hoeft het niet allemaal al te weten – je moet gewoon durven beginnen.
Stop met vergelijken, start met jezelf
Het is verleidelijk om jezelf te spiegelen aan anderen. “Hij weet het al.” “Zij gaat al stagelopen bij een groot bedrijf.” Maar jij bent niet zij. En wat voor een ander werkt, hoeft niet jouw pad te zijn.
Richt je blik naar binnen. Wat vind jij leuk? Waar krijg je energie van? Wanneer vergeet je de tijd? Welke lessen vond je interessant, welke totaal niet?
Die vragen zijn belangrijker dan “wat ga je later worden?”. Want ze brengen je dichter bij jezelf. En dát is het enige waar je op kunt bouwen.
Je hoeft geen plan te hebben, wel een richting
Kiezen is makkelijker als je het niet te groot maakt. Je hoeft geen compleet levensplan te schrijven. Begin klein. Denk in richtingen in plaats van functies.
Bijvoorbeeld:
- Werk ik liever met mensen of met techniek?
- Sta ik graag buiten of werk ik liever op een rustige plek?
- Wil ik iets creëren, oplossen, regelen of verzorgen?
Die antwoorden helpen je om eerste stappen te zetten. Naar een stage, een bijbaan, een vervolgopleiding. Zie het als een kompas – het hoeft niet precies te zijn, als het je maar ongeveer de goede kant op stuurt.
Proberen is beter dan blijven piekeren
Je komt er niet achter door er eindeloos over na te denken. Je komt erachter door te doen. Loop een dag mee met iemand. Ga op gesprek bij een stageplek. Volg een cursus. Kijk rond op plekken waar je normaal niet komt.
Elke ervaring – positief of negatief – brengt je dichter bij wat bij je past. Soms leer je het meest van iets wat tegenvalt. Want dan weet je: dit is het in elk geval niet. En dat is ook winst.
Je weet meer dan je denkt
Misschien ben je onzeker over je talenten. Maar je hebt al veel meer opgebouwd dan je doorhebt. Denk aan je stages, bijbanen, projecten op school, groepsopdrachten. Je hebt al laten zien dat je kunt doorzetten, samenwerken, organiseren, aanpassen.
Twijfelen betekent niet dat je niks kan. Het betekent alleen dat je nadenkt. En dat is eigenlijk best slim.